Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Spaans Nederlands
  • acabar de = iets net / zojuist gedaan hebben
  • a menudo = vaak
  • la apariencia = het uiterlijk
  • aplicar = toepassen
  • arreglarse = zich mooi / netjes maken
  • confesar = bekennen
  • convertirse en = veranderen in
  • dedicar a = besteden aan
  • la dependienta = de verkoopster
  • el descuento = de korting
  • desesperado = wanhopig
  • elegante = elegant
  • privado = privé / particulier
  • enseñar = laten zien
  • la estatura = de lengte
  • ganar = verdienen
  • ameritar / ganar

    verdienen

  • gastar en = besteden aan / uitgeven aan
  • la intención = de intentie / de bedoeling
  • marcado = opvallend
  • moderado = gemiddeld
  • ofrecer = (aan)bieden
  • poseer = bezitten
  • las rebajas = de uitverkoop
  • recoger = ophalen
  • recoger

    oprapen / ophalen

  • reducir = verminderen
  • reservar = reserveren
  • sutil = subtiel / verfijnd
  • la tendencia = de trend
  • tener que = moeten
  • los vaqueros = de spijkerbroek
  • la vergüenza = de schaamte
  • volver a = opnieuw doen
  • el jersey = de trui
  • permitir = toestaan
  • señalar = signaleren