Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Frans Nederlands
  • se chamailler = ruzie maken
  • divorcer = scheiden
  • on s’entend bien = we kunnen goed met elkaar opschieten
  • s’habituer à = wennen aan
  • ils ne sont pas trop exigeants = ze zijn niet te veeleisend
  • promettre = beloven
  • par contre = daarentegen
  • la naissance = de geboorte
  • la vente = de verkoop
  • un échec = een mislukking
  • une oeuvre = een werk
  • naître = geboren worden
  • commun = gemeenschappelijk
  • sensible = gevoelig
  • immédiatement = onmiddellijk
  • recevoir = ontvangen
  • fonder = oprichten
  • propre = eigen
  • rapidement = snel
  • lors de = tijdens
  • second = tweede
  • surtout = vooral
  • désormais = voortaan
  • elle est née = zij is geboren