Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Frans Nederlands
  • Moi, ça ne va pas du tout. = Het gaat helemaal niet goed met mij.
  • Je suis de mauvaise humeur. = Ik ben in een slecht humeur.
  • J'ai eu une mauvaise note. = Ik heb een slecht cijfer gehad.
  • Je fais toujours de mon mieux. = Ik doe altijd mijn best.
  • Ana / Théo me plait beaucoup. = Ik vind Ana / Théo erg leuk.
  • J'ai envoyé un message pour l'inviter. = Ik heb een bericht gestuurd om haar / hem uit te nodigen.
  • Je n'ai pas encore reçu de réponse. = Ik heb nog geen antwoord ontvangen.
  • Quelle bonne surprise, je ne peux pas le croire ! = Wat een mooie verrassing, ik kan het niet geloven!
  • Je me sens mieux maintenant. = Ik voel me nu beter.
  • Je te tiens au courant. = Ik hou je op de hoogte.