Compañeros deel 1

Woordenlijsten Compañeros deel 1

Hier vind je de woordenlijsten van Compañeros deel 1 van Intertaal.

Leer de woordjes makkelijk met Wozzol.

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Spaans Nederlands
  • el hábito = de gewoonte
  • el orden = de volgorde
  • abril = april
  • octubre = oktober
  • enero = januari
  • noviembre = november
  • mayo = mei
  • febrero = februari
  • diciembre = december
  • junio = juni
  • septiembre = september
  • marzo = maart
  • agosto = augustus
  • la primavera = de lente
  • el cumpleaños = de verjaardag
  • el Año Nuevo = Nieuwjaar
  • los Reyes Magos = Driekoningen
  • la Fiesta Nacional = de nationale feestdag
  • nacional = nationaal
  • la Navidad = Kerstmis
  • el regalo = het cadeau
  • exactamente = precies
  • el cristiano = de christen
  • importantísimo = heel erg belangrijk
  • la vaca = de koe
  • la oveja = het schaap
  • el elefante = de olifant
  • la serpiente = de slang
  • el delfín = de dolfijn
  • la gallina = de kip
  • el cerdo = het varken
  • el tiburón = de haai
  • el caballo = het paard
  • doméstico = tam
  • salvaje = wild
  • el nacimiento = de geboorte
  • el potro = het veulen
  • acaba de nacer = is zojuist geboren
  • acabar de = zojuist gedaan hebben
  • la yegua = de merrie
  • lavar = wassen
  • el pie = de voet
  • la cabeza = het hoofd
  • despertarse = wakker worden
  • la fuerza = de kracht
  • ponerse de pie = gaan staan
  • delgado = dun
  • la pata = de poot
  • mamar = aan de borst drinken
  • se vuelve a dormir = gaat opnieuw slapen
  • volver a = opnieuw doen
  • dormirse = in slaap vallen
  • el litro = de liter
  • la hierba = het gras
  • engordar = dikker worden
  • la pradera = de weide
  • simpático = vriendelijk
  • tranquilo = rustig
  • la mirada = de blik
  • diario = dagelijks
  • grueso = grof
  • saltar = springen