DE
NL
FR
DE
ES
IT
Vokabeln lernen
Tipps
Lernmethode
Start
Wozzol
Tipps
Lernmethode
Vokabellisten
Nachrichten
Vokabeln lernen
Wenn Sie mehr Vokabeln in einer Fremdsprache lernen möchten, lassen Sie es uns wissen.
Kontaktieren Sie uns
Vokabelliste
Vokabellisten
Engels
Malmberg
Realtime
3h
3h-H1-NE
Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.
Aktionen
Offene Liste zum Lernen
Drucken Sie die Liste als
flashcards
Liste als Textdatei exportieren
Engels
Nederlands
comedian
=
komiek
on stage
=
op het toneel / op het podium
recommend
=
aanbevelen
perform / performance
=
optreden
full details
=
volledige informatie
remarkable
=
opmerkelijk
blackboard
=
schoolbord
demand for
=
vraag naar
unfortunately
=
helaas
eventually
=
uiteindelijk
director
=
regisseur
award
=
onderscheiding / prijs
release (a book, a film, an album) / release
=
uitbrengen
apologise / apologize
=
zich verontschuldigen
semi-final
=
halve finale
audience
=
publiek
tremendous
=
enorm
deserve
=
verdienen / recht hebben op
annual
=
jaarlijks
stand out / stand out – stood – stood
=
opvallen / in het oog vallen
hindrance
=
belemmering
attend
=
bijwonen / aanwezig zijn bij
content
=
inhoud
accompany
=
begeleiden / vergezellen
contain
=
bevatten
violence
=
geweld
sold out
=
uitverkocht
cinema
=
bioscoop
comic
=
stripverhaal
explosion
=
ontploffing
imagination
=
verbeeldingskracht
reserve a ticket / book a ticket
=
kaartje reserveren
hide / hide-hid-hidden
=
verbergen
rent
=
huren
adversary
=
tegenstander
fiancé
=
verloofde
loyalty
=
trouw
upset
=
van streek / verdrietig
can't stand
=
niet kunnen uitstaan
replace
=
vervangen
play
=
toneelstuk
dialogue
=
dialoog
rhythm
=
ritme
noisy
=
lawaaiig / luidruchtig
considerable
=
behoorlijk / aanzienlijk
scene
=
scène (in toneelstuk, film) / scène
highlight
=
hoogtepunt
spooky
=
griezelig / spookachtig
object
=
voorwerp / ding
extraordinary
=
buitengewoon / heel speciaal
original
=
origineel
heat
=
serie / ronde
level
=
niveau
devise
=
verzinnen / bedenken
enrolment form
=
aanmeldingsformulier
response
=
reactie / antwoord
study
=
onderzoeken
reach
=
bereiken
reasonable
=
redelijk
familiar
=
bekend / vertrouwd
complicated
=
ingewikkeld
violinist
=
vioolspeler
orchestra
=
orkest
background
=
achtergrond
former
=
voormalig
guitarist
=
gitaarspeler
persuade
=
overtuigen
consider
=
overwegen
chat
=
babbelen / kletsen
switch from ... to ...
=
overstappen van ... op ...
turn out
=
blijken
influence
=
invloed
alongside
=
samen met
sign
=
ondertekenen / tekenen
regard as
=
beschouwen als
progress
=
vooruitgang
a number of
=
een paar / een aantal
Christian
=
christelijk
foundation
=
basis