Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Engels Nederlands
  • camera = fototoestel
  • cheap / inexpensive = goedkoop
  • customer services = klantenservice
  • department store = warenhuis
  • entrance = ingang
  • expensive = duur
  • fashion = mode
  • furniture = meubels / meubilair
  • gift / present = cadeau
  • helpful = behulpzaam
  • stairs = trap
  • town centre = stadscentrum / centrum
  • add = toevoegen
  • underwear = ondergoed
  • cotton = katoen
  • delivery = levering
  • fitting room = pashokje
  • footwear = schoenen / schoeisel
  • quantity / amount = hoeveelheid
  • shopping basket = winkelmandje
  • short sleeve / short-sleeved = met korte mouwen
  • shorts = korte broek
  • special offer = speciale aanbieding
  • top = truitje / topje
  • among = bij / onder
  • button = knop
  • card reader = pinapparaat
  • cash machine = geldautomaat
  • checkout = kassa
  • finish = afronden / afmaken / afsluiten
  • Follow the instructions. = Volg de aanwijzingen.
  • pad = toetsenbord
  • receipt = kassabon / bonnetje
  • remember = zich herinneren
  • remove = verwijderen
  • comments = opmerkingen
  • delivery method = leveringsvorm
  • from = vanaf
  • in stock = op voorraad
  • loose fit = wijdvallend / wijd
  • payment method = betalingswijze
  • piece = exemplaar
  • proceed = verder gaan naar / gaan naar
  • separate = apart / afzonderlijk
  • sign in = inloggen
  • straight legs = rechte broekspijpen
  • subtotal = subtotaal