DE
NL
FR
DE
ES
IT
Vokabeln lernen
Tipps
Lernmethode
Start
Wozzol
Tipps
Lernmethode
Vokabellisten
Nachrichten
Vokabeln lernen
Wenn Sie mehr Vokabeln in einer Fremdsprache lernen möchten, lassen Sie es uns wissen.
Kontaktieren Sie uns
Vokabelliste
Vokabellisten
Engels
Malmberg
All right!
3e editie - 2020
VMBO-K - Leerjaar 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 4.3
Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.
Aktionen
Offene Liste zum Lernen
Drucken Sie die Liste als
flashcards
Liste als Textdatei exportieren
Engels
Nederlands
burnt
=
aangebrand
on the side
=
ernaast; op een ander bord
bland
=
flauw
delicious
=
heerlijk
cheese platter
=
kaasplank
to complain
=
klagen
soggy
=
klef
spoon
=
lepel
waiter
=
ober
to go
=
om mee te nemen
bill
=
rekening
scrambled eggs
=
roerei
stew
=
stoofpot
tough
=
taai
appetizer
=
voorgerecht
I’d like to get a different dish.
=
Ik zou graag een ander gerecht krijgen.
Our visit to your restaurant was not what we were hoping for.
=
Ons bezoek aan uw restaurant is niet waar we op gehoopt hadden.
I didn’t enjoy my meal, to be honest.
=
Ik heb niet genoten van mijn maaltijd, om eerlijk te zijn.
We’re very pleased with that offer.
=
We zijn erg tevreden met dat aanbod.
The service could (not) have been better.
=
De service had (niet) beter gekund.
I will bring you a new pastry in a minute.
=
Ik zal u zo een nieuw gebakje brengen.
I will talk to the chef and have this replaced immediately.
=
Ik zal met de kok praten en ervoor zorgen dat dit meteen wordt vervangen.
We’d like to offer you a complimentary meal.
=
We willen u graag een gratis maaltijd aanbieden.
Would you please accept a dessert on the house?
=
Wilt u een dessert van het huis accepteren?
I apologise for the confusion.
=
Mijn excuses voor de verwarring.
I will make sure you get another drink.
=
Ik zal ervoor zorgen dat u een ander drankje krijgt.
I agree! This meat is terribly undercooked.
=
Daar ben ik het mee eens! Dit vlees is helemaal niet gaar.
I will take care of that right away.
=
Ik zal daar meteen voor zorgen.
I’m afraid I disagree. You did order this.
=
Ik ben bang dat ik het daar niet mee eens ben. U heeft dit wel besteld.
I’ve been waiting for my drink for over 30 minutes.
=
Ik wacht al meer dan 30 minuten op mijn drankje.
This cutlery looks dirty. Could you bring me another knife?
=
Dit bestek ziet er vies uit. Kunt u me een ander mes brengen?
I asked for a hot chocolate without whipped cream.
=
Ik heb gevraagd om warme chocolademelk zonder slagroom.
I believe I ordered my steak well-done. This is rare.
=
Ik geloof dat ik mijn biefstuk doorbakken heb besteld. Deze is rood.
Excuse me. I think this may be someone else’s order.
=
Neemt u me niet kwalijk. Ik denk dat dit de bestelling van iemand anders is.
I didn’t order this dessert.
=
Ik heb dit dessert niet besteld.
The waitress brought me the wrong drink.
=
De serveerster heeft me het verkeerde drankje gebracht.