Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Engels Nederlands
  • to pour = gieten; schenken
  • choir = koor
  • mosque = moskee
  • priest = priester; pastoor
  • ritual = ritueel
  • symbol = symbool
  • synagogue = synagoge
  • temple = tempel
  • treat = traktatie
  • to perform = uitvoeren
  • to exchange = uitwisselen
  • celebration = viering
  • to wish = wensen
  • to sing = zingen
  • I always say a short prayer before a meal. = Ik bid altijd voor een maaltijd.
  • I never go to religious ceremonies. = Ik ga nooit naar religieuze ceremonies.
  • Because of my religion, I don’t eat pork. = Vanwege mijn godsdienst eet ik geen varkensvlees.
  • I don’t believe in God, but I do believe in a higher power. = Ik geloof niet in God, maar ik geloof wel in een hogere macht.
  • I wear a mark on my forehead. = Ik draag een teken op mijn voorhoofd.
  • During Diwali, we light up a candle. = Tijdens het festival steken we een kaars aan.
  • I have been travelling through India since January. = Ik ben sinds januari door India aan het reizen.
  • I haven’t celebrated Hanukkah before. = Ik heb nog niet eerder Chanoeka gevierd.