Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Engels Nederlands
  • cell phone = mobieltje
  • contrast = verschil
  • human = mens
  • African = Afrikaans
  • tolerant = tolerant
  • nation = volk
  • loose = los
  • root = wortel
  • acquire = verkrijgen
  • constitution = grondwet
  • separate = afzonderlijk
  • proportion = deel
  • correctly = correct
  • evil = kwaadaardig
  • spoonful = lepel
  • coin = munt
  • luck = geluk
  • wealth = rijkdom
  • value = waarderen
  • summer camp = zomerkamp
  • everlasting = oneindig
  • camp fire = kampvuur
  • France = Frankrijk
  • daughter = dochter
  • background = achtergrond
  • ship off = wegsturen
  • a bunch of = een stel
  • smelly = stinkend
  • cabin = hut
  • shorts = korte broek
  • dance = dansfeest
  • dress up = opdoffen
  • pants = broek
  • misunderstanding = misverstand
  • bathing suit = badpak
  • have fun = lol hebben
  • ferry = veerboot
  • Chinese = Chinees
  • come up = eraan komen
  • tourist = toerist
  • else = anders
  • sheet = laken
  • shared = gedeeld
  • electricity = elektriciteit
  • update = bijwerken
  • polite = beleefd
  • rude = onbeschoft
  • gift = cadeau
  • point at = wijzen naar
  • pour = inschenken
  • simple = eenvoudig
  • dissimilar = verschillend
  • in contrast to = in tegenstelling tot
  • likewise = evenzo
  • whereas = terwijl