DE
NL
FR
DE
ES
IT
Vokabeln lernen
Tipps
Lernmethode
Start
Wozzol
Tipps
Lernmethode
Vokabellisten
Nachrichten
Vokabeln lernen
Wenn Sie mehr Vokabeln in einer Fremdsprache lernen möchten, lassen Sie es uns wissen.
Kontaktieren Sie uns
Vokabelliste
Vokabellisten
Engels
Malmberg
All right!
2e editie
All right2-3v
AllRight2-3v-H3-NE
Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.
Aktionen
Offene Liste zum Lernen
Drucken Sie die Liste als
flashcards
Liste als Textdatei exportieren
Engels
Nederlands
association
=
vereniging
billboard
=
reclamebord
brake
=
rem
breakthrough
=
doorbraak
carry on
=
doorgaan
cheek
=
wang
collaborate
=
samenwerken
combine
=
combineren
confidential
=
vertrouwelijk
consequence
=
gevolg
exploit
=
uitbuiten
faith
=
geloof
fear
=
vrezen
foundation
=
stichting
front page
=
voorpagina
go bankrupt
=
failliet gaan
gossip
=
roddel
hazardous
=
gevaarlijk
lazy
=
lui
lorry
=
vrachtwagen
naughty
=
ondeugend
owe
=
schuldig zijn
posh
=
chic
resident
=
bewoner
reveal
=
onthullen
steady
=
aanhoudend
steep road
=
steile weg
stiff competition
=
stevige concurrentie
study
=
onderzoek
tackle
=
aanpakken
tax
=
belasting
these days
=
vandaag de dag
warn
=
waarschuwen
witness
=
getuige
a number of
=
een aantal
amazed
=
verbaasd
by accident
=
per ongeluk
campsite
=
camping
closer inspection
=
nader onderzoek
daily
=
dagelijks
decrease
=
dalen
diagnose
=
diagnose stellen
employ
=
in dienst nemen
fast asleep
=
in diepe slaap
floor
=
vloer
fluent
=
vloeiend
increase / rise
=
stijgen
indicate
=
duiden op
initial
=
eerste
knowledge
=
kennis
medieval
=
middeleeuws
native language
=
moedertaal
nearby
=
dichtbij
reply / respond
=
antwoorden
speech therapy
=
spreektherapie
spot
=
zien
still
=
nog
surname
=
achternaam
surprise
=
verrassen
sweep away
=
wegspoelen
the study suggests
=
uit het onderzoek blijkt
wake
=
wekken
yet
=
maar
allow
=
toelaten
car park
=
parkeerplaats
crowded
=
druk
cry
=
schreeuwen
disagree
=
het oneens zijn
excellent
=
uitstekend
forbade
=
verbood
forbid
=
verbieden
forbidden
=
verboden
importance
=
belang
impractical
=
onpraktisch
insurance
=
verzekering
location
=
locatie
neighbours
=
buren
next to
=
naast
pavement
=
stoep
playground
=
speeltuin
proper
=
juist
slave labour
=
slavenarbeid
source
=
bron
unemployed
=
werkloos
unpaid
=
onbetaald
unreasonable
=
onredelijk
used to
=
gewend aan
view / opinion
=
mening
work experience
=
stage
amount
=
hoeveelheid
attach
=
vastmaken
bicycle rack
=
fietsrek
by the time
=
tegen de tijd
embarrassing
=
gênant
handsome
=
knap
in the meantime
=
ondertussen
lamp post
=
lantaarnpaal
lately
=
onlangs
lock
=
sluiten
right away
=
meteen
room
=
ruimte
according to
=
volgens
accused of
=
beschuldigd van
actually
=
in feite
addicted
=
verslaafd
aim
=
tot doel hebben
attempt
=
pogen
behaviour
=
gedrag
cell phone
=
mobieltje
confident
=
zelfverzekerd
deal with
=
omgaan met
dependence
=
afhankelijkheid
distract
=
afleiden
drug
=
medicijnen toedienen
fellow student
=
medestudent
generation gap
=
generatiekloof
get out of hand
=
uit de hand lopen
get to know each other
=
elkaar leren kennen
grade
=
cijfer
grammar school
=
vwo
guidance
=
begeleiding
habit
=
gewoonte
latest
=
meest recent
medication
=
medicijn
odd
=
vreemd
on average
=
gemiddeld
on purpose
=
met opzet
reception
=
ontvangst
regulate
=
regelen
results
=
uitslag
rural
=
op het platteland
shut off
=
uitzetten
stay
=
verblijf
struggle with
=
worstelen met
term
=
semester
usage
=
gebruik
without
=
zonder