Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Engels Nederlands
  • science laboratory = scheikundelokaal
  • scientific experiment = scheikundeproef
  • discharge = ontslaan (naar huis) / ontslaan / naar huis mogen / naar huis laten gaan
  • devastated = helemaal van streek
  • dense patch of fog = dichte mistbank
  • virtually = bijna / vrijwel
  • band = strook / streep
  • flooding = overstroming
  • carriageway = rijbaan
  • overturned = gekanteld / gekantelde
  • retailer = winkel
  • blend = mengsel / combinatie
  • prone to = gauw last hebbend van
  • feature = vertonen / hebben
  • venue = plaats / locatie
  • introductory session = introductiebijeenkomst
  • prior to = voor / voorafgaand aan
  • conduct = uitvoeren / doen
  • resemble = lijken op
  • handlebars = stuur (van een fiets) / stuur
  • curved = gebogen
  • bumpy = hobbelig
  • sturdy = stevig / stevige / sterk / sterke
  • upright = rechtop
  • genuine = echt / echte
  • commuter = forens
  • stunner = iets heel moois
  • steer = sturen / besturen
  • rigorous test = zware proef
  • solid = stevig / stevige / degelijk / degelijke
  • justify = verantwoorden
  • restrict to = beperken tot
  • adjustable = verstelbaar
  • free trial = gratis proefperiode / gratis proef / op proef
  • enjoyment = plezier
  • foundation = fundament
  • competitive sport = wedstrijdsport
  • altogether = helemaal / voorgoed
  • adapt = aanpassen
  • pressure = onder druk zetten
  • involved with = betrokken bij
  • umpire = scheidsrechter
  • self-esteem = zelfrespect / gevoel van eigenwaarde
  • expectations = verwachtingen
  • failure = mislukking
  • accomplishment = prestatie
  • defeat = nederlaag
  • capacity = vermogen / talent
  • queue up = in de rij gaan staan / in de rij staan
  • pavement = stoep / trottoir