Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Engels Nederlands
  • angry = boos
  • dry = droog
  • football = voetbal
  • for fun = voor de lol
  • hit = raken
  • hurt = pijn doen
  • lose = verliezen
  • need = nodig hebben / moeten
  • newspaper = krant
  • often = vaak
  • player = speler
  • prefer = liever hebben
  • problem = probleem
  • repeat = herhalen
  • score a goal = een doelpunt maken
  • sports centre = sportcentrum
  • sports hall = sporthal
  • swim = zwemmen
  • swimming pool = zwembad
  • team = team
  • understand = begrijpen
  • watch = kijken naar
  • classroom = klaslokaal
  • dance = dansen
  • enjoy = graag doen
  • good at = goed in
  • headmaster = directeur van een school
  • last = vorige / vorig
  • maths = wiskunde
  • must = moeten
  • subject = schoolvak
  • teacher = leraar / lerares
  • tired = moe
  • wait for = wachten op
  • ear = oor
  • feet = voeten
  • foot = voet
  • game = spel
  • hair = haar
  • jump = springen
  • like better = leuker vinden
  • money = geld
  • never = nooit
  • nobody = niemand
  • normal = normaal
  • nose = neus
  • now = nu
  • photograph = foto
  • plane = vliegtuig
  • play = spelen
  • say = zeggen
  • see = zien
  • short = kort
  • slow = langzaam
  • under = onder
  • who = wie
  • a few = een paar
  • about = over
  • almost = bijna
  • animal = dier
  • come = komen
  • everyone = iedereen
  • find = vinden
  • hold = vasthouden
  • information = informatie
  • question = vraag
  • road = weg