Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Engels Nederlands
  • ceiling = plafond
  • curtain = gordijn
  • morning = morgen / ochtend
  • need = nodig hebben
  • neighbours = buren
  • night = nacht
  • own = eigen
  • paint = verven / schilderen
  • redecorate = opnieuw inrichten / herinrichten
  • round = rond
  • snore = snurken
  • tired = moe
  • bright = licht
  • could = zou kunnen
  • follow = volgen
  • for sale = te koop
  • grandson = kleinzoon
  • hope = hopen
  • lounge = zitkamer
  • many = veel
  • mouse = muis
  • alone = alleen
  • away = weg
  • be careful = wees voorzichtig / ben voorzichtig
  • children = kinderen
  • home = huis / thuis
  • hot = heet
  • keep = bewaren
  • leave = achterlaten
  • shower = douche
  • smoking = roken
  • sweets = snoepjes
  • apartment = appartement
  • article = artikel
  • castle = kasteel
  • cosy = gezellig / knus
  • go ahead = ga je gang