DE
NL
FR
DE
ES
IT
Vokabeln lernen
Tipps
Lernmethode
Start
Wozzol
Tipps
Lernmethode
Vokabellisten
Nachrichten
Vokabeln lernen
Wenn Sie mehr Vokabeln in einer Fremdsprache lernen möchten, lassen Sie es uns wissen.
Kontaktieren Sie uns
Vokabelliste
Vokabellisten
Engels
De Uitgeversgroep
Engels A2-niveau voor Travel en Hospitality
A2 - Deel Toerisme - 1e editie
Engels A2 TH, Hoofdstuk 3
Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.
Aktionen
Offene Liste zum Lernen
Drucken Sie die Liste als
flashcards
Liste als Textdatei exportieren
Engels
Nederlands
arrival
=
aankomst
announcement
=
aankondiging
purchase
=
aanschaffen
connecting flight
=
aansluitende vlucht
top up
=
aanvullen
rear
=
achterzijde
size
=
afmeting
tear off
=
afscheuren
cancel
=
annuleren
separate(ly)
=
apart
car rental
=
autoverhuur
overhead luggage compartment
=
bagagebak
claim tag
=
bagagestrookje
belt
=
band
crew
=
bemanning
restriction
=
beperking
destination
=
bestemming
security
=
beveiliging
attach
=
bevestigen
fine
=
boete
fire extinguisher
=
brandblusapparaat
cabin
=
cabine
check
=
controleren
customs
=
douane
pressurized cabin
=
drukcabine
aisle
=
gangpad
cancelled
=
geannuleerd
details
=
gegevens
weight
=
gewicht
passenger service agent
=
grondsteward(ess)
unfortunately
=
helaas
re-sealable
=
hersluitbaar
amount
=
hoeveelheid
immigration
=
immigratie
check in
=
inchecken
contents
=
inhoud
charge
=
in rekening brengen
boarding pass
=
instapkaart
board
=
instappen
suitcase
=
koffer
terminal building
=
luchthavengebouw
airline company
=
luchtvaartmaatschappij
hatch
=
luik
tab
=
lusje
measure
=
meten
pull
=
naar beneden trekken
on behalf of
=
namens
emergency exit
=
nooduitgang
unattended
=
onbeheerd
inconvenience
=
ongemak
approximately
=
ongeveer
unruly
=
onhandelbaar
stow
=
opbergen
fit
=
passen
tube
=
pijpje
aisle seat
=
plaats aan het gangpad
window seat
=
plaats aan het raam
seat
=
plaats in vliegtuig
upright
=
rechtop
life vest
=
reddingsvest
hold luggage
=
ruimbagage
letter of application
=
sollicitatiebrief
job interview
=
sollicitatiegesprek
apply for
=
solliciteren naar
runway
=
start/landingsbaan
secure
=
stevig vastmaken
cabin/flight attendant
=
steward(ess)
seatbelt
=
stoelriem
seat pocket
=
stoelzak
strict
=
streng
tray table
=
tafeltje
allowed / permitted
=
toegestaan
flow
=
toevoer
toiletry
=
toiletartikel
look forward to
=
uitkijken naar
unfold
=
uitpakken
equipment
=
uitrusting
knotted
=
vastgeknoopt
fasten
=
vastmaken
illuminated
=
verlicht
obstructed
=
versperd
adjust
=
verstellen
delayed
=
vertraagd
delay
=
vertraging
departure
=
vertrek
aircraft
=
vliegtuig
liquid
=
vloeistof
object
=
voorwerp
oxygen mask
=
zuurstofmasker