Groente en fruit

Groente en fruit leren in het Duits


Wil je groente en fruit in het Duits?
Leer dan deze lijst met Wozzol

Bitte überprüfen Sie, ob die Vokabelliste richtig ist, bevor Sie sie lernen.

  • Duits Nederlands
  • Obst = fruit
  • Erdbeeren = aardbeien
  • Orangen = sinaasappels
  • der Apfel = de appel
  • die Banane = de banaan
  • Pfirsiche = perziken
  • Ananas = ananas
  • Zitrone = citroen
  • Birnen = peren
  • Kirschen = kersen
  • Gemüse = groente
  • Kartoffel = aardappelen
  • Spinat = spinazie
  • Kohl = kool
  • Blumenkohl = Bloemkool
  • frisch = vers
  • Champignons = champignons
  • Zwiebel = ui
  • Paprika = paprika
  • Tomate = tomaat