Dutch : German
rood = rot
oranje = orange
geel = gelb
groen = grün
blauw = blau
paars = lila
roze = rosa
bruin = braun
de kleur = die Farbe
het wit = das Weiß
het zwart = das Schwarz
het grijs = das Grau
turquoise = türkis
beige = beige
het goud = das Gold
het zilver = das Silber
indigo = indigo
de schaduw = der Schatten
het licht = das Licht
de regenboog = der Regenbogen