Duits : Nederlands
die Ansage = het omroepbericht
sich entspannen = zich ontspannen
fernsehen = televisiekijken
der Fernseher = het televisietoestel
der Moderator = de presentator
senden = uitzenden
das Plakat = het aanplakbiljet
die Sprache = de taal
die Zeitschrift = het tijdschrift
die Zeitung = de krant
die Komödie = de komedie
der Krimi = de detectivefilm
die Nachrichten = het journaal
der Schauspieler = de toneelspeler
die Soap = de soap
die Sportsendung = het sportprogramma