je bricole on achète on continue
tirer pousser vous voyagez
tu bouges la paix le livre
le sujet le maître le dîner
le choix génial mauvais
propre pénible sinon
dès sauf
we gaan door men koopt ik knutsel
jullie reizen / u reist duwen trekken
het boek de vrede jij beweegt
het avondeten de meester / het baasje het onderwerp
slecht geniaal de keus
zoniet / anders moeilijk / lastig schoon / eigen
behalve vanaf