Frans : Nederlands intention = de bedoeling boîte à pain = de broodrooster objectif = het doel enthousiaste = enthousiast petit trou = het gaatje mode d'emploi = de gebruiksaanwijzing outillage = het gereedschap veste = de jas connaissance = de kennis matériel = het materiaal machine à coudre = de naaimachine faire attention = opletten résoudre = oplossen patte = de poot réparation = de reparatie déchirure = de scheur téléphone intelligent = de smartphone tandis = terwijl disparaître = verdwijnen volontaire = vrijwillig / de vrijwilliger