Frans : Nederlands
se promener = wandelen
Bonnes et mauvaises nouvelles = Goed en slecht nieuws
classer = indelen
la bonne nouvelle = het goede nieuws
la mauvaise nouvelle = het slechte nieuws
le classement = de indeling
l’incendie = de brand
sauvage = wreed / barbaars
en danger = in gevaar
en ligne = online
exiger = eisen
franchement = eerlijk gezegd
brûler = (ver)branden
couper = omhakken
la forêt = het bos
le rappeur = de rapper
le sorcier = de tovenaar / de heks
curieux = vreemd / gek
Le parchemin était signé « Barbe noire » ! = Het perkament was ondertekend met “Zwartbaard”!
le brouillard = de mist
la tempête = de storm
une ombre = een schaduw
géant(e) = enorm
s’approcher = dichterbij komen
le pirate = de piraat
le squelette = het skelet
contenir = bevatten