lequel ? l’immeuble en compagnie de
pleurer correspondre à le toit
la blague quelques en banlieue
l’entretien sembler la façon de s’exprimer
dès que le langage le défaut
faire confiance à auparavant le préjugé
la violence le manque la société
le chômage le logement l’inégalité
in gezelschap van het flatgebouw welke? / welk?
het dak overeenkomen met huilen
in de voorsteden een paar / enkele de grap
de manier van uitdrukken lijken het sollicitatiegesprek / het gesprek
het tekort / de zwakke plek het taalgebruik / de taal zodra
het vooroordeel eerder vertrouwen hebben in
de maatschappij het gebrek het geweld
de ongelijkheid de huisvesting de werkloosheid