Engels : Nederlands
anguish = smart / pijn
assembly line = lopende band
consultant = medisch specialist
crammed = volgestouwd
foreboding = voorgevoel / slecht voorgevoel
(to) hawk = venten / op straat verkopen
(to) heave = tillen / takelen
maggot = made
ordeal = beproeving / vreselijke ervaring
(to) pine for = verlangen naar
plea = smeekbede
plight = benarde toestand
(to) scramble = laten opstijgen
sleek = gestroomlijnd
stench = stank
(to) toil = ploeteren
(to) trudge = sjokken / zich voortslepen
vine = wijnstok